D E   V O L K S T E L L I N G E N .


Onder Opvallende en/of merkwaardige zaken ('Wat opvalt') komen in totaal 46 personen voor. Daarvan zijn er met zekerheid 31 en waarschijnlijk nog 4 anderen, dus samen 35, in Brummen of omgeving geboren. Daar hebben zij dus ook hun partner gevonden.
Verbazingwekkend is dat verschijnsel niet, maar het roept de vraag op, in welk perspectief je een dergelijk aantal moet zien.
M.a.w.: hoeveel mensen woonden er eigenlijk in Brummen, of in andere plaatsen waar de Lentinks hun groei doormaakten ?
Het gaat daarbij in eerste aanleg natuurlijk over de jaren 1823 tot en met 1897, waarin immers de huwelijken tussen leden van de families Lentink, Van de(r) Velde, Havesman, Voorderman en Hovestreijdt gesloten werden, waarom het ging in Opvallende en/of merkwaardige zaken.

Wel, de Website van de Nederlandse Volkstellingen tussen 1795 en 1971 verschaft ons dat perspectief.


Bij de volkstelling van 1795
telt Brummen 2322 zielen.

Ter vergelijking:

Loenen: 619;
Beekbergen: 1095;
Apeldoorn: 2666;
Zutphen: 6878;
Ermelo: 1040;
Elburg: 1549;
Harderwijk: 3608;
Arnhem: 10.080;
Nijmegen: 12.783.

In totaal wonen in Gelderland
217.828 mensen.

De gehele bevolking van ons
land bestaat dan uit 1.880.463 zielen.


In 1831 telt Gelderland 309.793 inwoners.


Bij de direct hierna volgende gegevens zet ik tussen haakjes achter de aantallen voor de gehele provincie Gelderland die voor de gemeente Brummen:


In 1840 is in Gelderland het aantal inwoners 345.762 (in Brummen: 5105), waarvan 172.369 (2521) van het vrouwelijk en 173.393 (2584) van het mannelijk geslacht.
Er zijn ongeveer 53.300 (840) gehuwden, 12.146 (164) weduwen en 5906 (82) weduwnaars.
Gelderland heeft nu 210.290 (4381) "Protestanten", 131.029 (667) "Roomsch-katholijken", 3667 (38) "Israëlieten" en 776 (19) "Niet genoemde gezindheden".

Toen mijn grootvader, Gerrit Lentink, in 1856 in Brummen werd geboren, woonden daar, d.w.z. in de gehele gemeente, zo'n 6000 mensen. (Volkstelling 1849: 5671; 1859: 6289.)

In 1869 waren dat er 6370 en in 1879: 6704.

Mijn oom Gerrit Lentink werd in 1892 in Loenen, dat behoorde tot de gemeente Apeldoorn, geboren. Er moeten daar toen ongeveer 600 mensen gewoond hebben.
En bij de geboorte van mijn vader in 1897 in Zilven (Silven), dat eveneens onder Apeldoorn viel, zal dat ook ongeveer 600 inwoners gehad hebben, getuige de cijfers van de telling in 1889:

Loenen:
in de kom van het dorp stonden 48 huizen met 285 bewoners; buiten de kom werden 67 huizen bewoond door 305 personen.
Zilven:
in de kom: 6 huizen met 52 bewoners en in de buurtschap 110 woningen, waarin 464 mensen woonden.
Brummen:
in de kom van het dorp: 286 huizen met 1255 bewoners; buiten de kom: 111 woningen, waarin 515 mensen.
Hall, behorend tot de gemeente Brummen, telde 60 woningen met 315 zielen.

In 1899 woonden er in totaal in Loenen 37 personen en in Silven 63 personen meer dan 1889.

Bij de volkstelling van 1899 werden er in Apeldoorn 8 aannemers van metselwerken met in totaal 110 metselaars geteld.
Rond deze tijd moet mijn grootvader daar met zijn gezin zijn gaan wonen.*)
Wellicht wordt hij bij beide categorieën meegeteld.
Mijn vader vertelde meermaals, dat hij, lopend vanuit Apeldoorn - 's morgens heen, 's avonds terug -, met zijn vader naar de Loenense waterval ging, die deze metselde.

De verdere bevolkingsgroei in Brummen gezien de opeenvolgende volkstellingen:

1909: 7642; 1920: 8518; 1930: 9203.

(In het algemeen is in al deze jaren de verdeling mannen/vrouwen fifty-fifty.)

In 1947, toen er 316 Lentinks waren in ons land (zie onder Namen op -ink in de Entree), had Nederland in totaal 9.625.499 inwoners.

In 1960 waren dat er circa 11.500.000, in 1971 meer dan 13.000.000, op 15 oktober 2005 16.319.246, op 26 november 2008 16.479.609, op 16 maart 2009, 16,5 miljoen en nu, op 1 juli 2013 16,8 miljoen.
(Terzijde: het aantal Lentinks bedroeg in 2007: 436.)

Tegenwoordig heeft de gemeente Brummen ongeveer 21.500 inwoners, waarvan er plusminus 10.500 in Beekbergen en circa 800 in Halll wonen. In Brummen zelf wonen zo'n 8500 mensen.

Om een indruk te krijgen van de ligging van de verschillende plaatsen als Zilven, Loenen, Hall enz. en de onderlinge afstanden in de tweede helft van de 19e eeuw, kan ik U aanbevelen, te kijken op de Gemeente Atlas van Nederland, J. Kuyper 1865 - 1870, en wel op de twee kaarten van Brummen en de drie van Apeldoorn.

*) Volgens "ERICA 1899 - 1900. Adres- en jaarboekje voor de Gemeente Apeldoorn" woonden zij daar in de buurtschap Het Loo.

Voor geïnteresseerden: Naar de Website van de Nederlandse Volkstellingen.

© Copyright Cor J. Lentink.