De militaire dienstplicht vroeger en nu.
Nederland had oorspronkelijk een leger van avonturiers, landlopers, buitenlanders.
Onder de Franse overheersing werd in 1811 de nationale dienstplicht ingevoerd: de conscriptie.
Na het herstel van de onafhankelijkheid in 1813 werden de strijdkrachten verscheidene keren gereorganiseerd. Ruwweg werd het zo:
Plaatselijk was er de Schutterij (vanaf 1901: de Landweer), voor de verdediging van de eigen omgeving de Landstorm, voor de verdediging van het vaderland de Landmilitie (in 1815: de Nationale Militie), voor buitenlandse acties de Armee.
Jongens moesten zich laten inschrijven in het inschrijvingsregister van de Nationale Militie in januari van het jaar waarin ze negentien werden. Dat moest in de gemeente waarin de ouders woonden.
Op elke 100 inwoners moest één ongehuwde man in de Nationale Militie dienst doen, vrijwillig of door loting aangewezen. Wanneer je een laag nummer "trok" en ingeloot was, kon je tot 1898 voor veel geld een vervanger inzetten: een nummerverwisselaar (die zelf was uitgeloot) of een remplaçant (die nog niet aan de beurt was en die veel duurder was).
Bij de loting werd je in het lotingsregister op volgorde van je lotnummer ingeschreven. Nu werden ook o.a. het signalement en eventueel de reden voor vrijstelling (bijvoorbeeld broederdienst of lengte onder de 1,55 meter) opgeschreven. Die vrijstelling duurde doorgaans een jaar; het jaar daarop moest je je dan weer opnieuw aanmelden. Zodoende kon je in verschillende registers voorkomen.
Wikipedia meldt, dat in het midden van de 19e eeuw de gemiddelde lichaamslengte van de Nederlanders 164 cm was.
Ter vergelijking: Volgens het Centraal Bureau voor de Statistiek was de volwassen Nederlander in 1999 gemiddeld 173,5 cm lang; vrouwen 167, mannen 180 cm (die rond de 20 nog 3 à 4 centimeter langer).
Nu, 2014, behoren de Nederlandse mannen volgens Wikipedia met 184,8 cm, en zeker die van 20 jaar met 1,85 m, tot de langste ter wereld.
In 2022 behoren de Nederlandse jonge mannen nog steeds tot deze groep.
In 1922 werd de Nationale Militie opgeheven en werd de dienstplicht voor land- en zeemacht ingevoerd.
In 1938 werd het systeem van loting afgeschaft.
De diensttijd was aanvankelijk vijf, later zes en vanaf 1884 zeven jaar. Daarvan was je hooguit anderhalf jaar in werkelijke dienst, daarna ging je met groot verlof; in die tijd kwam je dan nog enkele keren voor een week of zes op herhaling.
Ik werd zelf in april 1958 opgeroepen voor de landmacht, namelijk voor de infanterie. De normale diensttijd duurde 18 maanden; stroomde je door naar een vervolgopleiding, dan moest je 21 maanden dienen. Na verloop van tijd moest je weer voor 3 maanden op herhaling.
In 1996 werd de opkomstplicht afgeschaft - we hebben nu alleen nog beroepsmilitairen.
Achtereenvolgens ziet u hieronder:
een serie inschrijvingen in militieregisters [bij de Lentinks] - formulier van ingeschrevenen in het inschrijvings-register en formulier voor toestemming tot het aangaan van een huwelijk [bij de Koopsens] - inschrijving in het stamboek van een Regiment Infanterie en het Certificaat voor een behoorlijk uit den dienst ontslagen ingeschrevene [bij de Lentinks].
De zonen van Gerrit, Jacob en Willem Hendriks/Lentink
en van Gerrits kleinzoon Gerrit, zoon van Jan Lentink en Reintje Gorsselink in de militieregisters van Brummen:
De gegevens werden op twee bladzijden naast elkaar opgeschreven. Hieronder ziet U van het aangegeven jaar steeds eerst de linker en daarna de rechter bladzij.
In verband met wat later nog volgt, moet U even letten op de derde naam in het eerste jaar (1814): Hendrik Lenting (nr. 323), die nummer 40 heeft getrokken en is "goedgekeurt".
1814.
De Rhijnlandse voet was 0,3140 meter en werd onderverdeeld in 12 duimen van dus (afgerond) 0,026 meter. Marten was dus 1,57 + 0,078 is 1 meter, 64 centimer en 8 millimeter, Jan 1,45 m en 9 mm en Hendrik 1,68 m en 1 mm.
1815.
1817.
De voet was 0,3140 meter en werd onderverdeeld in 12 duimen van dus (afgerond) 0,026 meter; de streek of streep was 1 millimeter.
Hendrik, de zoon van Gerrit, was dus 1 meter, 65 centimer en 4 millimeter, zijn broer Jan 1,70 m en 1 mm; Willem, zoon van Jacob, 1,68 m en 4 mm, diens broer Hendrik 1,65 m en 1 mm en tenslotte Jan, zoon van Willem, die twee jaar geleden nog een lengte had van 1,45 m en 9 mm is nu 1,54 m en 5 mm lang.
1840.
Vanaf 1820 moest in het Verenigd Koninkrijk der Nederlanden het (uniforme) metrieke stelsel gebruikt worden. Daarbij gold: 1 el = 1 meter, 1 palm = 1 decimeter, 1 duim = 1 centimeter en 1 streep is 1 millimeter. Gerrit was dus 1,64 meter.
TWEE VOORBEELDEN UIT DE KOOPSEN-PARENTEEL: REIJER KOOPSEN.
(Riets grootvader.)
TWEE VOORBEELDEN UIT DE LENTINK-PARENTEEL: HENDRIK LENTINK.
Hendrik diende als soldaat met nummer 595 in het leger van Napoléon.
In het (militaire) Stamboek 201 van het 7e Regiment Infanterie van 1814-1818 staat hij - op de linker- en vervolgens rechterbladzij - als volgt ingeschreven:
In de derde kolom [Namen der ouders. Datum van geboorte, geboorteplaats, laatste woonplaats en signalement.] staan links
behalve de bekende gegevens: Vader Willem - Moeder Gerrigje Kastelijn - Geboren te Halle - den 19 December 1787 - ook: "laatst gewoond te Brummen" en als signalement: Bij zijne aankomst bij het Corps, lang vijf voeten drie duim Een streek. En rechts:
Aangezicht rond - Voorhoofd idem - Oogen ligt Blauw - Neus ordinair [d.w.z. gewoon] - Mond idem - Kin rond - Haar Ligt Bruin - Wenkbrauwen idem - Merkbare teekenen".
Kolom 3: "maart 1814 flankeur".
(Een flankeur is een "soldaat aan het uiteinde van het gelid geplaatst, vleugelman". Een vleugelman is: een "soldaat die op de linker- of rechtervleugel van het eerste gelid van een troep staat" [bron: Van Dale*].)
Laatste kolom: "8 [?] mey 1819, met pasp[oort] bij expiratie [beëindiging] van dienst".
In het hieronder staande "Certificaat van Voldoening aan de Nationale Militie" staan o.a. de volgende gegevens: "1 El 665 Strepen" [d.w.z.: 1,665 meter] en - anders dan hierboven - "Aangezigt ovaal Voorhoofd hoog Mond klein".
Naar dit Certificaat wordt ook verwezen in de huwelijksakte van Hendrik, die U kunt vinden in de parenteel onder nummer 1.1.1.1.1.3.
Weergave van hoofdzakelijk de onduidelijke delen:
Rechts boven: Ligting 1800 veertien (dat klopt: zie het eerste formulier helemaal bovenaan op deze site).
In de linker kolom: El665 Strepen; ovaal; gewoon; klein; rond; bruin, id(em).
Daarnaast: Van beroep boerenknecht - van beroep arbeidster - het nommer 40, waarop hij is ingelijfd geworden bij de 7de afdeeling Nationale Infanterie, den tijd van tien jaren hebbende gediend behoorlijk uit den dienst is ontslagen.
den 2en July 1824.