Het testament van Willem Lentink en Hendrika van Wijk.
Letterlijke weergave van Willems testament, waarbij de belangrijkste afwijkingen in Hendrika's testament na een schuine streep worden weergegeven:
No 165 / 166.
"Heden achttien Augustus achttienhonderd negentig is voor mij Charles Henri Marin notaris te Brummen verschenen
Willem Lentink, landbouwer, wonende te Brummen aan mij notaris bekend. / Hendrika van Wijk, echtgenoote van Willem Lentink, landbouwer, onder Brummen, zij Comparante aan mij notaris bekend.
Die aan mij notaris zakelijk heeft opgegeven zijnen / haren uitersten wil, welken ik notaris overeenkomstig die opgave heb geschreven zoo als volgt:
Ik herroep alle vóór dato dezes door mij gemaakte of verledene uiterste wilsbeschikking, en ter voorkoming dat er over de verdeling mijner nalatenschap tusschen mijne kinderen geen oneenigheid zal ontstaan, verklaar ik dat ik mijne nalatenschap wensch te verdeelen als volgt
Ik geef en deel toe aan mijne oudste dochter Geertruida Hendrika Lentink al mijne roerende goederen op den last om aan mijne dochter Hendrica / Hendrika Willemina Lentink uit te keeren eene som van twintig gulden en aan mijne drie overige kinderen Gerrit Lentink, Sophia Harmina Lentink en Martha Lentink ieder eene som van twee gulden vijftig centen.
Mochten één of meer mijner kinderen uit hoofde van benadeeling in hunne legitieme portie met deze verdeeling geen genoegen nemen of deze mijne wil niet eerbiedigen / geen genoegen nemen of zich daartegen verzetten om welke reden ook, dan benoem ik genoemde mijne dochter Geertruida Hendrika Lentink boven het deel haar in mijne nalatenschap volgens de wet toekomende tot erfgename van dat deel daarin waarover de wet mij ten dage van mijn overlijden de vrije beschikking zal laten, en geef haar bovendien het regt / recht om uit mijne nalatenschap over te nemen of zich bij den scheiding van mijnen boedel te doen toedeelen al die roerende goederen daartoe behoorende die zij zal verlangen / begeren tegen inbreng van de waarde waarop die goederen zullen gewaardeerd worden door eenen door de gezamenlijke belanghebben[den] te benoemen deskundige, of bij verschil over de keuze van den deskundige, door dengene dien de Kantonrechter van Zutphen zal benoemen.
Voorts verklaar ik / ik met mijnen man, als met hem in gemeenschap van goederen gehuwd, schuldig te zijn wegens verdiend doch onbetaald gebleven loon aan genoemde mijne dochter Geertruida Hendrika Lentink gedurende den diensttijd vanaf den achtsten April achttienhonderd vijfenzeventig tot den achtsten april achttienhonderd negentig, eene som van drie honderd gulden."
"En vermits de boven gemelde opgave buiten de tegenwoordigheid der getuigen gedaan en tengevolge daarvan het opstel daarvan door mij notaris gereedgemaakt is heeft de testateur / testatrice alvorens de voorlezing daarvan geschiedde zijnen / haren uitersten wil nader zakelijk in tegenwoordigheid der getuigen opgegeven[;] daarna is mede in tegenwoordigheid der getuigen deze uiterste wil door mij notaris aan den testateur / de testatrice voorgelezen en na die voorlezing door mij aan hem / haar afgevraagd of het voorgelezene zijnen / hare uiterste[n] wil bevat waarop hij / zij toestemmend heeft geantwoord waarvan Acte verleden te Brummen ten kantore van mij notaris ten tijde [?] voorgeschreven in tegenwoordigheid van de getuigen Anthonij van der Mast en Frederik Steetzel, daglooners wonende beide te Brummen, die met den comparant / testatrice en mij notaris deze minute [ook: minuut, d.w.z. oorspronkelijke akte] / dit testament na voorlezing hebben geteekend."